Vreemdelingenbewaring / voortvarendheid / niet (tijdig) insturen voortgangsrapportage / termijn tussen afgifte laissez passer en daadwerkelijke overdracht
Het niet (tijdig) insturen van de voortgangsrapporage leidt niet zonder meer tot gegrondverklaring van het beroep. De rechtbank verwijst in dit verband naar een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 29 mei 2009, LJN: BI6538, waarin de Afdeling heeft bepaald dat de enkele omstandigheid dat verweerder de voortgangsrapportage niet (tijdig) heeft overgelegd, niet betekent dat de inbewaringstelling van de vreemdeling onrechtmatig moet worden geacht. Gezien de door verweerder gedane mededelingen in zijn nadere schrijven, alsmede hetgeen verweerder ter zitting heeft verklaard, bestaat geen grond voor het oordeel dat verweerder in dit geval niet met de van hem in dit opzicht te verlangen voortvarendheid te werk is gegaan. Termijn tussen afgifte lp en daadwerkelijke overdracht in casu niet onredelijk of onaanvaardbaar lang geacht.